gehoornde slijmvis

 

De gehoornde slijmvis dankt zijn naam aan zijn glibberige huid en aan de twee opvallende tentakels op zijn kop boven zijn ogen. De mannetjes leven in een territorium met veel schuilmogelijkheden. De paaitijd is van maart tot mei, waarna meerdere vrouwtjes de eitjes afzetten die daarna bewaakt worden door het mannetje. De vissen gaan vooral in de schemering en ’s nachts op jacht naar kreeftachtigen, wormen, stekelhuidigen en andere ongewervelden. 

 

Verspreiding:
De gehoornde slijmvis komt voor in de zuidelijke Noordzee. Langs de Nederlandse kust vrij zeldzaam, maar is bekend uit de Waddenzee en de Zeeuwse wateren. Verder komt hij voor in de Oost-Atlantische Oceaan, van Ierland tot West-Afrika en ook in de Middellandse Zee.